SV | En brengt uw kleinsten broeder tot mij; zo zal ik weten, dat gij geen verspieders zijt, maar dat gij vroom zijt; uw broeder zal ik u wedergeven, en gij zult in dit land handelen. |
WLC | וְ֠הָבִיאוּ אֶת־אֲחִיכֶ֣ם הַקָּטֹן֮ אֵלַי֒ וְאֵֽדְעָ֗ה כִּ֣י לֹ֤א מְרַגְּלִים֙ אַתֶּ֔ם כִּ֥י כֵנִ֖ים אַתֶּ֑ם אֶת־אֲחִיכֶם֙ אֶתֵּ֣ן לָכֶ֔ם וְאֶת־הָאָ֖רֶץ תִּסְחָֽרוּ׃ |
Trans. | wəhāḇî’û ’eṯ-’ăḥîḵem haqqāṭōn ’ēlay wə’ēḏə‘â kî lō’ məragəlîm ’atem kî ḵēnîm ’atem ’eṯ-’ăḥîḵem ’etēn lāḵem wə’eṯ-hā’āreṣ tisəḥārû: |
En brengt uw kleinsten broeder tot mij; zo zal ik weten, dat gij geen verspieders zijt, maar dat gij vroom zijt; uw broeder zal ik u wedergeven, en gij zult in dit land handelen.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En brengt uw kleinsten broeder tot mij; zo zal ik weten, dat gij geen verspieders zijt, maar dat gij vroom zijt; uw broeder zal ik u wedergeven, en gij zult in dit land handelen.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!